Wat lezen we tijdens de maand van de filosofie?
De maand van de filosofie ging wat traag van start wegens problemen met de levering van het traditionele essay. Het essay is nu binnen: Macht en verbeelding van Femke Halsema, E 4,95. We hebben een flinke stapel. Wel denken, maar zonder Halsema? Dan hebben we ook de essaybundel Jonge denkers – Verbeelding aan de macht, met filosofische essays geschreven door middelbare scholieren.
Wat wij aanraden voor deze maand staat hieronder.
Filosofie is populair. De Nacht van de Filosofie, The School of Life, de Denker des Vaderlands… initiatieven die aandacht krijgen en waar je gezien wil worden. Het merendeel van die activiteiten gaan over ethische kwesties: Hoe moet je leven? Hoe moeten we omgaan met de aarde? Hoe kijken we aan tegen de ander? De boeken van de Denkers des Vaderlands gaan daar vaak over. Denk aan Dwalen in het antropoceen van René ten Bos en het gedachtengoed van René Gude.
Een andere populaire tak van de filosofie is die van de redelijkheid: hoe kunnen we op een rustige, beargumenteerde manier denken en vooral: met elkaar spreken. Socratisch gesprek voor beginners (E 14,95) loopt bijvoorbeeld heel goed in de winkel.
Door de populariteit van deze twee delen van de boom van de filosofie, raakt het vakgebied als geheel soms een beetje uit het zicht. Wil je een overzicht van vakgebieden en denkrichtingen binnen de filosofie dan is Komt een filosoof bij de dokter, een kennismaking met de filosofie in 101 grappen (E 14,95) een goeie instaptitel. Het is de Nederlandse vertaling van Plato and a Platypus Walk into a Bar…, al jaren een Engelstalige bestseller. Hoewel de pagina’s gelardeerd zijn met moppen, is het een serieuze inleiding in het vakgebied. De schrijvers, Thomas Cathcart en Daniel Klein, zijn heel goed ingevoerd, want pas als je iets door en door begrijpt kan je het simpel uitleggen. Zij slagen er (bijna overal) in een punt te illustreren met een mop. Het is een inleiding, dus heel diep gaat het niet maar tegelijkertijd is Komt een filosoof bij de dokter een verfrissende benadering tussen alle boeken die de geschiedenis van de filosofie of de grote vragen van de filosofie behandelen.
In de populairdere hoeken van de filosofie kruipt filosofie tegen levensstijl aan. The School of Life is daar een voorbeeld van. Ik vind daar niets mis mee, ik raad zelfs graag in die lijn De wilde tuin van de verbeelding (E 14,95) aan, van de Belgische filosoof Kris Pint. Hij ziet, en herkent in zichzelf, de wens tot zelfverbetering van de mens, maar ziet geen heil in de gangbare zelfhulpboeken. Zijn poging ons de weg te wijzen naar een vervullender leven begint met het aanleren van andere metaforen voor het denken over onszelf. Diepzinnig, doordacht en inspirerend.
Begin dit jaar verscheen een nieuwe vertaling van De vrolijke wetenschap (E 22,50)van Nietzsche bij Vantilt. Een goed moment om (opnieuw) kennis te maken met zijn werk. De vertaling van Hans Driessen leest erg prettig.
Vorig jaar verscheen een nieuwe boek van Bruno Latour. Latour zat als denkers lang in het verdomhoekje, omdat hij kanttekeningen plaatste bij de wetenschappelijke methode van andere wetenschappers. Recentelijk, echter, is zijn gedachtengoed opnieuw in de belangstelling komen te staan. Zelf zegt hij dat de wetenschappers die hem eerst veroordeelden vanwege zijn denkwijze, nu bij hem komen en vragen of hij hen kan helpen. Dat heeft geresulteerd in de bundel Oog in oog met Gaia (E 27,50), over het denken over klimaatverandering. Een goed stuk over zijn denken verscheen in de Groene Amsterdammer van 10 januari. Je kunt het hier nalezen.